Marieke en Lachlan verhuisden een paar jaar geleden met hun twee kinderen Asher en Mila van Australië naar Nederland. Ze vonden hun droomhuis in Haarlem: een oud grachtenpand. Dat kon nog wel wat tender, love en care (TLC) gebruiken. Het resultaat is prachtig en het verhaal erachter nog leuker. Kijk en lees maar mee!
Vanwege het werk van Lachlan besloot het gezin naar Europa te verhuizen. “We konden overal in Europa terecht, zolang het maar dicht bij een internationaal vliegveld was,” vertelt Marieke. “Mijn hele familie woont nog in Nederland. Daarnaast wilden we de kinderen met de Nederlandse cultuur, taal en familie laten opgroeien. De keuze voor Haarlem was daarom snel gemaakt. Ook omdat het dicht bij Schiphol ligt. We hadden eerst een huurhuis. Daarna kochten we een klein opknappertje midden in het centrum van Haarlem. Dat hebben we gerenoveerd en verhuurd. Toen bleek dat we toch iets langer bleven dan de geplande drie jaar, zijn we op zoek gegaan naar een huis voor onszelf. We wilden er een die nog wat TLC nodig had. Ondertussen kenden we de huizenmarkt in Haarlem goed. Zodra we dit huis zagen, waren we meteen verkocht.”
Toen bleek dat we toch iets langer bleven dan de geplande drie jaar, zijn we op zoek gegaan naar een huis voor onszelf. We wilde er een die nog wat TLC nodig had.
De indeling van Australië
Marieke heeft een master in International Business. Ze werkte bijna haar hele carrière in de farmaceutische industrie in Sydney. “Ik was altijd bezig met mijn huis, bijvoorbeeld door steeds alles te veranderen. Dat heb ik al van kinds af aan,” vertelt ze. “Mijn man en ik delen ook een interesse in de huizenmarkt. We investeren in vastgoed. Op een gegeven moment had ik een creatieve uitlaatklep nodig naast mijn drukke baan. Toen heb ik een diploma in Interior Design behaald aan het Interior Design Institute Australia. Sindsdien ben ik nog intensiever met interieur bezig.
Huizen in Sydney zijn over het algemeen heel anders dan hier. Het is een relatief ‘nieuw’ land, dus er is geen historie in de architectuur. Je gaat daar ook liever voor nieuw dan oud, want oud valt uit elkaar. Daarnaast stellen Australiërs andere eisen aan hun huis. Zoals inbouwkasten in elke slaapkamer en een aangrenzende badkamer in de ouderslaapkamer. Ook een inloopkast, een mud-room (bijkeuken als dumpplaats voor alle jassen, schoenen en tassen) en een rumpus (soort van relax- en tv-ruimte) zijn een must. Dat zijn allemaal elementen die in onze plannen voor dit huis geslopen zijn. We kwamen hier met een enorme container met onze hele inboedel van Sydney. Ondertussen hebben we wel het een en ander vervangen.”
“Ik weet niet of mijn stijl enorm anders was in Australië, ik doe namelijk altijd precies wat ik leuk vind. Ik volg geen trends. Alles is mijn eigen stijltje, een beetje industrieel en eigenzinnig. Wel heb ik een voorliefde voor vintage elementen. Die zijn hier veel makkelijker te vinden dan in Australië natuurlijk. Mijn Nederlandse volgers op Instagram vinden mijn stijl heel on-Nederlands. De Australische volgers vinden de klassieke elementen dan weer fantastisch. Ik denk dat ik de gulden middenweg heb gevonden.”
Alles is mijn eigen stijltje, een beetje industrieel en eigenzinnig. Wel heb ik een voorliefde voor vintage elementen.
Één blikvanger is genoeg
Voordat Marieke los kon gaan met het interieur, was een flinke verbouwing nodig. “De woonkeuken is volledig nieuw en aangebouwd,” licht ze toe. “De vorige lay-out was traditioneel met een aparte, smalle keuken. Wij houden van koken en entertainen. Het was daarom meteen duidelijk dat we een enorme keuken aan het huis zouden bouwen. Ook op zolder hebben we uitgebouwd. Dat deden we door dakkapellen in het schuine dak te zetten. In Australië leef je veel buiten. De deuren staan vaak open. En binnen/buiten leven is de norm. Dat effect hebben we hier bereikt met een enorme harmonica pui die volledig open kan. Zo verleng je leefruimte van je woning. Je kunt dan optimaal genieten van zomerse dagen.
Ik houd van natuurlijke materialen. Daarom koos ik voor eikenhout, baksteen en marmer. Al heb ik wel gesmokkeld. We hebben namelijk keramiek dat eruitziet als marmer, want dat is volledig onverwoestbaar. Persoonlijk vind ik blikvangers het meest interessant aan iemands interieur. Ik heb meerdere huizen gerenoveerd en gestileerd. Mijn regel is altijd: één blikvanger per ruimte. Dat is mijn eigen regel, doe ermee wat je wilt! Maar ik heb dit gemerkt: springt iets er echt uit en heeft het de wow-factor? Dan wordt de rest vanzelf ook mooier. Te veel blikvangers is zonde. Dan wordt het naar mijn mening onrustig. Focus op datgene waar je elke dag blij van wordt, datgene waar bezoekers naar blijven kijken en datgene dat op Instagram viraal gaat!”
Oude, verweerde bakstenen
“Toen ik ons huidige huis ontwierp, was de aanbouw het meest blanke canvas. We zijn gezegend met prachtige ornamentale hoge plafonds in de woonkamer en eetkamer. Die blikvangers zaten er al 150 jaar! Maar de woonkeuken bestond nog niet. Hier moesten we de blikvanger dus zelf creëren. Ik houd van de combinatie van klassiek vintage (het originele huis) en industrieel (de aanbouw). En ik heb een grote voorliefde voor exposed brick. Dat zijn oude, verweerde bakstenen muren, met historie en karakter. Maar ja, die aanbouw moest nieuw gemaakt worden.
Hoe kon ik al mijn wensen combineren? Bouwen met oude, verweerde bakstenen natuurlijk! Ik legde mijn visie voor aan de aannemer. Die snapte er niks van. Waarom wilde ik nou niet gewoon een strakke, gladde muur? Nee, juist niet! Ik wilde tweedehands, de gebroken stenen, de verkleurde, de met cement besmeurde gevalletjes, zelfs die met mosrestjes. Ze vonden me maar raar. ‘Doe nou maar,’ zei ik, ‘trust me, het komt goed’. Dus ze deden netjes wat ik ze vroeg. Ik heb zelf ook nog mee gemetseld. Dan wist ik tenminste zeker dat het er niet professioneel uitzag.”
Kunstwerk
Onze bakstenen muur is bijna 4 meter hoog. Heel even dacht ik: moet ik er iets ophangen? Maar nee, het is kunst zoals het is. Nog elke ochtend kom ik beneden en ben ik weer blij als ik naar de muur kijk. In combinatie met de statement blauwe bank maakt het die kant van de woonkeuken helemaal af. Het is mijn favoriete plekje in ons huis. De blikvanger van de keuken, onze wow-factor. Datgene wat mensen onthouden van ons huis.”
“De voeger vond het machtig interessant. ‘Hoe bedoel je, je wilt geen nette voeg? Moet ik het gewoon er tegen aan slingeren? Maar ik kan het zo mooi recht!’ Nee hoor, lekker slordig. Alsof het er al jaren zat. Uiteindelijk hebben we van alles uitgeprobeerd. Het mooiste effect bereikten we door simpelweg de voegen glad te smeren met een grove bezem. De voeger heeft dat direct in zijn portfolio op zijn website gezet. Hij had dat namelijk nog nooit gedaan.
Daarna stelde ik een ombouw voor met spotjes er omheen. Opnieuw verklaarde de aannemer me voor gek. ‘Hebben we net die bakstenen muur opgetrokken, en dan ga je er weer iets voor bouwen?!’ zei hij. Maar voor mij was de muur net een kunstwerk. Daar moest een frame omheen. Die stenen, dat karakter: dat moet je juist omlijsten. De spotjes erboven maken het helemaal af. Omdat de muur oneven is, krijg je een prachtig schaduweffect met de lampjes aan. Zo komt ’s avonds de muur helemaal tot leven.”
Vintage schatten
Marieke volgt geen trends, maar wat goed voelt. Marieke: “Ik vind het wel belangrijk dat je een plan hebt. Een beeld of een gevoel dat je in je huis wilt creëren. Daaraan houd je je dan ook. Dat je niet zomaar alles bij elkaar haalt wat leuk is, want dan wordt het een circustent. Als ik dan toch mezelf een labeltje moet geven, dan zou het zijn: industrial chic vintage. Ik houd van items met een verhaal. Bijvoorbeeld een vintage werkbankje van ergens begin vorige eeuw. Dat staat overal mooi. Echt klassieke vintage items zijn net als een spijkerbroek: ze passen overal bij. Ik ging een keer bij mijn moeder thuis snuffelen. Toen vond ik mijn oude rotan stoeltje. Zo leuk! Even opgefrist met een verfje en kijk: een blikvanger. Net als de vintage leren bokshandschoenen van mijn schoonvader. Mijn man had die al jaren voor me verstopt. Dat realiseerde hij zich pas toen ik op de antiekmarkt bij zo’n zelfde soort, heel duur paar stond te kwijlen. Wat plantjes erbij, wat zachte structuren en voilà: bij elkaar staat dit zo leuk!
Ik houd van het combineren van vintage items in een modern interieur. En als iets me niet aanstaat, probeer ik het eerst te verbeteren met wat ik al in huis heb. Ik heb bijvoorbeeld laatst een echt berber kleed opgehangen in de woonkamer. Mijn man en ik vonden ‘m in het Atlasgebergte van Marokko. Op de grond kon ik het nergens kwijt en ik wilde iets nieuws aan de muur. Zo is dit idee geboren. En dit kleed lag al twee jaar in de opslag. Kan je nagaan.”
Bertus de stier
In de tuin valt meteen de stier op. Marieke: “Bertus de stier is meeverhuisd uit Australië. Mijn man weet ondertussen wel dat ik houd van industriële kunst. Hij kocht het jaren geleden voor mij als kerstcadeau. Mijn zoon kwam me op kerstochtend wakker maken. Hij riep: ‘mum, the Santa bull ate all the cookies!’ Ik legde natuurlijk meteen uit dat dat helemaal niet kon. Want de Kerstman heeft rendieren, geen stieren. Stieren kunnen ook helemaal niet vliegen. Maar hij hield vol dat het echt de stier was geweest. Mijn man lag ondertussen in een deuk en zei dat ik moest kijken. En ja hoor, daar stond Bertus bij de kerstboom. En mijn zoon had gelijk: de koekjes waren opgegeten.”
Liefde voor lampen
Overal zijn opvallende lampen en slimme oplossingen. “Ik vind licht heel belangrijk in een interieur,” zegt Marieke. “Mensen denken vaak te laat na over een lichtplan. Ze beschouwen het niet als een hoofdpunt in hun interieur. Dat zou het wel moeten zijn, want het kan een interieur volledig vormen. Vooral met plafonds van 4 meter hoog is het noodzaak dat je nadenkt over de lichtinval. En dat je donkere hoeken en licht in laagjes aanbrengt. Vandaar dus dat ik veel lampen heb. Lampen geven je interieur ook karakter. Je kunt ze eindeloos veranderen. En dat doe ik dus ook vaak! Op de gang van de bovenste verdieping is het vaak wat donkerder. Vooral in de Nederlandse winter. Ik word bovendien in de wintermaanden depressief van alle regen. Daar hebben we een trucje op bedacht. Over de hele bovenverdieping zit een vliering als bergruimte. Daardoor hadden we meteen geen ramen meer nodig. Dus toen heb ik lampen ontworpen die de illusie wekken dat er twee dakramen zitten. Zo is het altijd heerlijk licht op zolder. Als je het niet weet, zou je nooit denken dat dit daglichtlampen zijn, en geen ramen.”
Ik vind het heerlijk om mijn eigen badruimte te hebben, zonder kinderen die naar binnen en buiten rennen.
Dubbele badkamer
Twee badkamers waren voor Marieke een absolute musthave. Marieke: “Ik vind het heerlijk om mijn eigen badruimte te hebben, zonder kinderen die naar binnen en buiten rennen. Op papier waren er twee badkamers in dit huis. In de praktijk was de badkamer boven een kamer met een douchecabine, twee tuintegels voor de wasmachine en droger en een sanibroyeur met saloondeurtjes ervoor. Dus dat moest eruit. De kinderen boffen met hun badkamer. Zij hebben het bad gekregen. Voor de kinderbadkamer ging ik voor stoer industrieel. Al hebben de vloertegels een vleugje vintage. Het vervaagde patroon vind ik super. Onze ensuite badkamer is meer chic. Die heeft marmeren tegels van 2,4 meter hoog, waar de tegelzetter niet zo blij mee was. Daar wilde ik echt een luxe uitstraling met marmer en een dubbele douche. Beide badkamers hebben houten meubelen en zwarte kranen voor het stoere element.”
Kidsproof
Voor het ontwerp van de kinderkamers mochten de kinderen hun eigen wensen vertellen. Marieke: “Mijn zoon wilde een knaloranje kamer, maar dat vond ik overdreven. Dus de gulden middenweg was oranje in zijn studiehoek en in de kast. Hij wilde ook genoeg ruimte voor zijn collecties: fossielen, edelstenen en Star Wars lego. Toen was hij al snel tevreden! Zijn geluksmomentje is dit: als het ’s avonds donker wordt en hij in bed ligt met de gordijnen open. Dan heeft hij uitzicht op het mooie gebouw aan de andere kant van de gracht. Hij zegt dan: ‘dat vind ik toch zo mooi, mam’. Mijn dochter wilde een roze kamer. We hebben samen de tint uitgezocht. Ze is stiekem best stoer. Vandaar het zwarte behang met haar lievelingsdieren, honden, in de nis. Haar bureau is upcycled vintage. Dat heeft dezelfde kleur als haar kamer. Ze zijn allebei gelukkig met hun kamers en zijn er graag.”
Australië en Europa
Tot slot: wat zijn Mariekes plannen voor de toekomst? En wat zou er weer meeverhuizen? “Persoonlijke spullen verhuizen altijd mee,” zegt ze. “En alles waar er maar één van is. Mijn gezin natuurlijk, maar ook kunst, familiestukken en favoriete meubels. Verder zijn het maar spullen. Ons doel is om uiteindelijk in Australië oud te worden. We willen dan de zomers in Europa doorbrengen. Een soort van 6 maanden hier en 6 maanden daar, de zon achterna. Zou dat niet fijn zijn?!”
Volg Marieke op Instagram voor nog meer mooie plaatjes van dit leuke huis: @whisperingbold
Reageer